Persoonlijke stempel op je interieur: lang leve jouw prullaria!

Ergens in de jaren ’80 deed het zwart-witte, strakke interieur zijn intrede in menig Nederlands huis. Vooral het aspect ‘strak’ is nooit helemaal verdwenen en de vraag is of dat ooit gebeurt. Maar geen zorgen als je van rommelige gezelligheid houdt. Want waarom zou je persoonlijke items – noem het desnoods prullaria – niet uitstallen?

Veranderende interieurs door de technologie

De drang naar strakheid met een minimum aan kleur kwam in die onzekere jaren ’80 wellicht voort uit de economische crisis en zou je om die reden kunnen opvatten als eenvoud. Anno nu heeft dat minimalisme twee andere redenen. Als eerste is daar de ontzooi-trend: interieurgoeroes roepen steevast dat te veel spulletjes onrust in onze – toch al drukke – hoofden geven. Het smoel van moderne huishoudens wordt anderzijds bepaald door technologische snufjes. Dat is in de voortuin (on)zichtbaar – het glasvezel internet ligt onder de grond – maar aan de slimme deurbel zie je in welke eeuw we leven. Eenmaal binnen ontbreken geluidsdragers en boeken, want ‘dat staat toch allemaal op internet’. 

Spullen strak uitstallen kan ook

Sommigen zijn echter gehecht aan die dingen in hun woonkamer, met name omdat ze meer vertellen over de mensen die er wonen. Daar valt iets voor te zeggen. Voor wat betreft boeken en platen is er goed nieuws: boeken hebben de digitale revolutie overleefd en geluidsdragers, zelfs cassettes, zijn in bepaalde kringen zelfs weer hip. Sterker nog, er zijn pubers die op zoek gaan naar cd’s in kringloopwinkels omdat ze ‘iets in handen willen hebben’. Vinyl kwam ook terug, en artiesten brengen nog steeds cd’s uit, dus er is nog een markt voor fysieke geluidsdragers. Mits je al die spullen op een strakke manier uitstalt, bijvoorbeeld in een wandvullende kast, geven ze trouwens evenveel rust als een kale muur. 

Op je gemak in je eigen huis

Dat geldt voor meer spullen zoals beeldjes, fotolijstjes, planten en vazen, ingelijste filmposters, enzovoorts. Net als het combineren van verschillende stijlen. Hebben mensen hier kritiek op, dan noem je jouw interieur gewoon eclectisch – dat woord wordt deze eeuw te pas en te onpas gebruikt. Landelijk en industrieel gaan ook vaak samen en nergens is in steen gehouwen dat dit niet mag. Zo ook rommelige gezelligheid. Wat voor de één overbodige troep is, is voor de ander sfeervol. En wat voor de één een strak en rustgevend interieur is, is voor de ander een veredelde wachtkamer. We gaan niet ontkennen dat over smaak zeker te twisten valt, maar dat je je op je gemak moet voelen in je eigen huis, staat buiten kijf. Stal je prullaria lekker uit, weghalen kan altijd nog!